De Berner Sennenhond behoort tot de Rasgroep "Dogachtigen"
Geschiedenis van de Berner Sennenhond
Beweerd wordt dat het ras afstamt van zwarte dogachtige honden die de Romeinen in Zwitserland importeerden. Hieruit ontwikkelden zich verschillende typen sennenhonden ('boerenhonden'). Deze rassen verdwenen echter geleidelijk totdat een aantal Zwitserse kynologen in het Dürrbachgebied in de buurt van Bern zich gingen toeleggen op het fokken van de huidige Berner sennenhond. De hond die eerst 'Dürrbächler' werd genoemd kreeg zijn huidige naam een jaar na de oprichting van de eerste vereniging voor dit ras in 1908.
Karakter van de Berner Sennenhond
De Berner sennenhond hoort een waakzaam maar beheerst karakter te hebben. De waakzaamheid van de Berner beperkt zich tot het terrein en de leden van het eigen gezin. De hond is niet overmatig fel en grijpt alleen in wanneer het echt nodig is. Tegenover eigen mensen is de Berner sennenhond zeer aanhankelijk. De zelfstandigheid die de Berner sennenhond heeft ontwikkeld vanwege de taken waarvoor hij is gefokt, kan leiden tot eigenwijs gedrag. Dit maakt dat het ras een zeer consequente training nodig heeft. Het is bekend dat de honden over het algemeen niet erg oud worden. De hond kan goed overweg met kinderen.
Stabiel, niet erg scherp, onbevreesd, schotvast. Middelmatig van temperament.
Rasstandaard van de Berner Sennenhond
Zwitserland heeft naast andere rassen vier Sennenhonden rassen voortgebracht: De Berner, de Appenzeller, de Entlebucher en de Grote Zwitserse Sennenhond.
Bij alle Sennenhonden is de vacht zwart glanzend met bruinrode aftekeningen aan de wangen, boven de ogen, aan de benen en op de borst. Opvallend zijn verder het witte kruis op de borst en de bles op het hoofd, alsmede de vaak witte voeten en staartpunt.
De Berner Sennenhond is de enige langharige van de vier Sennenhonden. Zijn flink behaarde staart draagt hij hangend of licht opgeheven; echter nooit in een krul. De schofthoogte is voor reuen 64 tot 70 cm en voor teven 58 tot 66 cm.
De Berner is gewoonlijk rustig en vriendelijk van karakter; waaks zonder een overdreven te blaffen, en bovendien een prima werk- en huishond. Naast het fraaie uiterlijk, is het mede het fijne karakter dat de moderne, gehaaste mens in deze van oorsprong boerenhond zo zeer aanspreekt, dat de Berner Sennenhond tot onze populairste rassen behoort.
Albert Heim, de kenner bij uitstek van de Sennenhonderassen, schreef ooit eens de navolgende regels over het karakter van de Berner Sennenhond:
"Naar het begrip van de boer is een hond goed, wanneer hij waakzaam en scherp is zonder evenwel bijtlustig te zijn, tijdens het wandelen aan de voet volgt, tijdens ritten met paard en wagen tussen de wielen loopt en niet door de bermbegroeiing, de meester in noodgevallen verdedigt, in het veld verloeren voorwerpen bewaakt, niet stroopt, katten en kippen met rust laat en niet rondzwerft.
Een goede Berner Sennenhond ziet zich vaak als de trouwste kameraad van schoolkinderen en leert dan ook apporteren, een korf dragen en allerlei andere zaken, die hem niet zijn aangeboren. De honden zijn zeer opmerkzaam, ze letten op alles, ze leveren bewijzen, dat ze zeer intelligent zijn, ze zijn vrolijk en beweeglijk van aard, zijn aanhankelijk, vol liefde en trouw en houden er, zoals alle Sennenhonden, geen slinkse streken op na."
De Sennenhonden zijn al vanaf het begin echte gebruikshonden geweest. Ze konden voor vele verschillende doeleinden gebruikt worden. In eerste instantie was dat vooral het hoeden en drijven van een kudde vee en het zoeken naar verloren geraakt vee. Zij deden dit vaak zo goed dat ze twee herders konden vervangen. Zij konden bijvoorbeeld het eigen vee onderscheiden van het vee van derden en zij zorgden ervoor dat er geen vermenging in de kudde kon ontstaan. Dit deden zij door hun reuk en hun gehoor te gebruiken. Honden hebben namelijk een zeer goed gehoor.
Berner Sennenhonden waren en zijn ook nog vandaag de dag 'verbonden' met het huis waar zij wonen. Het zijn typische erfhonden, die nauwelijks over de grens van het eigen erf zullen gaan. Daarnaast werd de Berner in Zwitserland ook regelmatig gebruikt om de melkkar te trekken en zodoende werd ervoor gezorgd dat de melk met of zonder begeleiding van de boerderij naar de kaasmakerij werd vervoerd. In Zwitserland wordt deze tak van arbeid nog steeds uitgevoerd. Op het moment van schrijven van deze informatie (januari 2000) is het in Nederland bij wet verboden om de hond als trekdier te gebruiken.
Tegenwoordig wordt de Berner Sennenhond meer als familiehond gehouden en wordt er niet meer zo veel mee gewerkt. Maar het hoeden en drijven zit hem toch nog wel steeds in het bloed. U merkt dit bijvoorbeeld als u met een groepje mensen (familie of vrienden of bekenden) aan het wandelen bent. De hond(en) zullen dan steeds proberen om de groep bij elkaar te houden.
Sennenhonden zijn, zoals alle herderachtigen, zeer trouw aan hun familie. Hoe meer contact een Berner met 'zijn mensen' heeft, des te beter ontwikkelen zich zijn goede eigenschappen. Hij is erg waakzaam, zonder 'bijtgraag' te zijn. Gebeurt er echter toch iets met een familielid, dan zal de Berner deze persoon met veel energie verdedigen. Ook gaat hij graag om met kinderen. Tegenover kinderen is hij altijd geduldig en vriendelijk. Zijn instinct tot beschermen is hierbij bijzonder sterk ontwikkeld. Maar u moet er natuurlijk wel op letten dat kinderen de hond nooit plagen of erger nog treiteren. Dan kan het gebeuren dat zelfs de goedmoedigste Berner bijt en voor de rest van zijn leven niets meer van kinderen wil weten.
De meeste Berners gaan ook zeer goed om met rasgenoten. Op tentoonstellingen ziet men dan ook zelden dat twee concurrenten agressief in elkaars richting blaffen. Er wordt ook vaak beweerd dat een groep vreemde Berners zeer goed los van de lijn met elkaar kan wandelen en spelen. Ondanks alle vooroordelen is de Berner een hond waarmee u goed verschillende takken van hondensport kunt beoefenen. U moet er dan wel op letten dat u hiermee begint als de hond volgroeid is.
Nog even iets over de jacht. "Sennenhonden jagen niet!" Maar zoals bij veel, uitzonderingen bevestigen de regel. De meeste Sennenhonden hebben geen ambities voor de jacht. Echter er zijn er enkele die zeer goed als jachthond gebruikt zouden kunnen worden. Let dus goed op uw jonge hond en probeer eventuele jachtdrift zo vroeg mogelijk te onderdrukken. Dit zal helaas niet in alle gevallen lukken. In dat geval moet u er natuurlijk voor zorgen bij een boswandeling in wildrijk gebied, dat u uw hond aan de lijn houdt.
Meer dan middelgrote, krachtige, beweeglijke gebruikshond, harmonisch en fraai gelijkmatig gebouwd, met stevige, rechte ledematen.
Hoofd:
Krachtig, met vlakke schedel en weinig ontwikkelde voorhoofdsgroef, goed geprononceerde, niet te sterke stop. Krachtige rechte voorsnuit, oren middelgroot, hoog aangezet, driehoekig, in rust vlak aanliggend, ogen donkerbruin, amandelvormig, aansluitende oogleden, lippen niet overontwikkeld.
Gebit:
Volledig schaargebit.
Hals:
Krachtig, gespierd en middelmatig.
Lichaam:
Eerder gedrongen dan lang. Verhouding tussen schofthoogte en lichaamslengte ca. 9:10. Tot minstens op ellebooghoogte reikende borst met duidelijke voorborst, krachtige lendenen, ribbekast van rond-ovale doorsnee. Rug, vast en licht afgeronde, korte croupe.
Voorhand:
Schouderbladen lang, krachtig en schuingeplaatst, met de bovenarm een stompe hoek vormend, vlak aanliggend en goed gespierd. Stand van alle kanten bezien, recht. Polsen nauwelijks doorzakkend. Evenwijdige stand.
Achterhand:
Achterbenen breed, krachtig en goed bespierd. Dijbeen tamelijk lang en van opzij bezien schuin ten opzichte van het onderbeen staand. Spronggewricht goed gehoekt, breed en krachtig. Stand recht, noch naar binnen noch naar buiten uitdraaiend. Wolfsklauwen (Hubertusklauwen) moeten in de eerste levensdagen verwijderd worden.
Voeten:
Kort, rond en gesloten.
Staart:
Zwaar behaard, tot op het spronggewricht reikend, echter niet tot op de grond, licht zwevend gedragen.
Beweging:
Stuwend gangwerk vóór en een goede aansluiting van de achterbenen, ruime gelijkmatige bewegingsontwikkeling in alle gangen.
Vacht:
Lang, glad of licht gegolfd.
Kleur:
Diepzwarte grondkleur met donkere, bruin-rode brand aan de wangen, boven de ogen, aan alle vier de benen en aan de borst. Witte, lichte tot middelgrote symetrische aftekening aan het hoofd (bles) en witte borstaftekening (kruis). Zeer graag gezien, maar geen voorwaarde: witte voeten, ten hoogste tot aan de polsen reikend en witte staartpunt. Een kleine witte nekvlek en een witte achtervlek zijn ongewenst; worden echter wel getolereerd.
Grootte:
Reuen: 64 - 70 cm. Ideale schofthoogte 66 - 68 cm.
Teven: 58 - 66 cm. Ideale schofthoogte 60 - 63 cm.
Gezondheid van de Berner Sennenhond
De waterpokken
Verzorging van de Berner Sennenhond
Dit ras heeft een dikke mooi gekleurde vacht. Deze vacht vraagt wel wat verzorging. Minimaal 1x per week moet de hond gekamd worden. Begin hier direct mee als je de pup in huis hebt gehaald. Maak er een leuke bezigheid van, zodat de hond het kammen als een plezierige bezigheid zal zien.
Zoals bij iedere hond moeten ook de oren van de Berner Sennenhond regelmatig schoon worden gemaakt. Hiervoor zijn speciale druppels te kooop in de dierenspeciaalzaak. Verder kan oorsmeer gemakkelijk verwijderd worden door een 'babydoekje' (deze worden bij baby's gebruikt voor de billetjes).
De poten moeten soms bijgeknipt worden. Dit is noodzakelijk als de kussentjes van de poot de grond niet meer raken, maar de haren eerst de grond raken. Dit kan je gemakkelijk zelf weg knippen.
Om tandbederf wat tegen te gaan, kan gekozen worden voor het poetsen van de tanden (vraag info bij de dierenarts) en anders met de zogenaamde tandenpoetsbotten verkrijgbaar in de supermarkt.
Houdt dagelijks de ogen van de hond schoon door er een doekje over te halen.
Opvoeding van de Berner Sennenhond
Op het moment dat je de pup in huis hebt gehaald is het erg belangrijk dat je hem aan alles laat wennen. Neem je hondje vooral overal mee naar toe! Laat hem kennismaken met dingen zoals een lift, drukke ruimtes, winkelstraten, alle soorten dieren, kleine kinderen, druk verkeer, etc. etc.
De hond leert van positieve en negatieve ervaringen. Maak alles positief voor de hond. Geef hem een brokje bij de kennismaking met de kat, etc. Eenmaal een negatieve ervaring is lastig om weer recht te breien. Dit geldt overigens ook voor de bezoekjes aan de dierenarts of zijn verblijf in zijn bench. Maak het positief!!
Verder wordt een goede opvoeding vaak begeleidt door de mensen van de puppytraning. Hier leert de hond hoe zich te gedragen en de baas hoe ze het beste met hun hondje kunnen omgaan.
Iedere hond heeft een baas nodig die hem consequent laat weten wat wel en niet van de hond verwacht wordt.
Rasvereniging van de Berner Sennenhond
www.bernersennen.nl
Overige informatie over de Berner Sennenhond
www.mac-ghandor-easy-living.jouwweb.nl
www.bernersennen.nl
Berner Sennenhond pup aanschaffen
Gezondheid, goede foklijn. Info bij rasvereniging verkrijgbaar.
een bernersennen hond is erg geliefd. een raspup kost tussen de 600-1100 euro meestal.
Geschiedenis van de Berner Sennenhond
Beweerd wordt dat het ras afstamt van zwarte dogachtige honden die de Romeinen in Zwitserland importeerden. Hieruit ontwikkelden zich verschillende typen sennenhonden ('boerenhonden'). Deze rassen verdwenen echter geleidelijk totdat een aantal Zwitserse kynologen in het Dürrbachgebied in de buurt van Bern zich gingen toeleggen op het fokken van de huidige Berner sennenhond. De hond die eerst 'Dürrbächler' werd genoemd kreeg zijn huidige naam een jaar na de oprichting van de eerste vereniging voor dit ras in 1908.
Karakter van de Berner Sennenhond
De Berner sennenhond hoort een waakzaam maar beheerst karakter te hebben. De waakzaamheid van de Berner beperkt zich tot het terrein en de leden van het eigen gezin. De hond is niet overmatig fel en grijpt alleen in wanneer het echt nodig is. Tegenover eigen mensen is de Berner sennenhond zeer aanhankelijk. De zelfstandigheid die de Berner sennenhond heeft ontwikkeld vanwege de taken waarvoor hij is gefokt, kan leiden tot eigenwijs gedrag. Dit maakt dat het ras een zeer consequente training nodig heeft. Het is bekend dat de honden over het algemeen niet erg oud worden. De hond kan goed overweg met kinderen.
Stabiel, niet erg scherp, onbevreesd, schotvast. Middelmatig van temperament.
Rasstandaard van de Berner Sennenhond
Zwitserland heeft naast andere rassen vier Sennenhonden rassen voortgebracht: De Berner, de Appenzeller, de Entlebucher en de Grote Zwitserse Sennenhond.
Bij alle Sennenhonden is de vacht zwart glanzend met bruinrode aftekeningen aan de wangen, boven de ogen, aan de benen en op de borst. Opvallend zijn verder het witte kruis op de borst en de bles op het hoofd, alsmede de vaak witte voeten en staartpunt.
De Berner Sennenhond is de enige langharige van de vier Sennenhonden. Zijn flink behaarde staart draagt hij hangend of licht opgeheven; echter nooit in een krul. De schofthoogte is voor reuen 64 tot 70 cm en voor teven 58 tot 66 cm.
De Berner is gewoonlijk rustig en vriendelijk van karakter; waaks zonder een overdreven te blaffen, en bovendien een prima werk- en huishond. Naast het fraaie uiterlijk, is het mede het fijne karakter dat de moderne, gehaaste mens in deze van oorsprong boerenhond zo zeer aanspreekt, dat de Berner Sennenhond tot onze populairste rassen behoort.
Albert Heim, de kenner bij uitstek van de Sennenhonderassen, schreef ooit eens de navolgende regels over het karakter van de Berner Sennenhond:
"Naar het begrip van de boer is een hond goed, wanneer hij waakzaam en scherp is zonder evenwel bijtlustig te zijn, tijdens het wandelen aan de voet volgt, tijdens ritten met paard en wagen tussen de wielen loopt en niet door de bermbegroeiing, de meester in noodgevallen verdedigt, in het veld verloeren voorwerpen bewaakt, niet stroopt, katten en kippen met rust laat en niet rondzwerft.
Een goede Berner Sennenhond ziet zich vaak als de trouwste kameraad van schoolkinderen en leert dan ook apporteren, een korf dragen en allerlei andere zaken, die hem niet zijn aangeboren. De honden zijn zeer opmerkzaam, ze letten op alles, ze leveren bewijzen, dat ze zeer intelligent zijn, ze zijn vrolijk en beweeglijk van aard, zijn aanhankelijk, vol liefde en trouw en houden er, zoals alle Sennenhonden, geen slinkse streken op na."
De Sennenhonden zijn al vanaf het begin echte gebruikshonden geweest. Ze konden voor vele verschillende doeleinden gebruikt worden. In eerste instantie was dat vooral het hoeden en drijven van een kudde vee en het zoeken naar verloren geraakt vee. Zij deden dit vaak zo goed dat ze twee herders konden vervangen. Zij konden bijvoorbeeld het eigen vee onderscheiden van het vee van derden en zij zorgden ervoor dat er geen vermenging in de kudde kon ontstaan. Dit deden zij door hun reuk en hun gehoor te gebruiken. Honden hebben namelijk een zeer goed gehoor.
Berner Sennenhonden waren en zijn ook nog vandaag de dag 'verbonden' met het huis waar zij wonen. Het zijn typische erfhonden, die nauwelijks over de grens van het eigen erf zullen gaan. Daarnaast werd de Berner in Zwitserland ook regelmatig gebruikt om de melkkar te trekken en zodoende werd ervoor gezorgd dat de melk met of zonder begeleiding van de boerderij naar de kaasmakerij werd vervoerd. In Zwitserland wordt deze tak van arbeid nog steeds uitgevoerd. Op het moment van schrijven van deze informatie (januari 2000) is het in Nederland bij wet verboden om de hond als trekdier te gebruiken.
Tegenwoordig wordt de Berner Sennenhond meer als familiehond gehouden en wordt er niet meer zo veel mee gewerkt. Maar het hoeden en drijven zit hem toch nog wel steeds in het bloed. U merkt dit bijvoorbeeld als u met een groepje mensen (familie of vrienden of bekenden) aan het wandelen bent. De hond(en) zullen dan steeds proberen om de groep bij elkaar te houden.
Sennenhonden zijn, zoals alle herderachtigen, zeer trouw aan hun familie. Hoe meer contact een Berner met 'zijn mensen' heeft, des te beter ontwikkelen zich zijn goede eigenschappen. Hij is erg waakzaam, zonder 'bijtgraag' te zijn. Gebeurt er echter toch iets met een familielid, dan zal de Berner deze persoon met veel energie verdedigen. Ook gaat hij graag om met kinderen. Tegenover kinderen is hij altijd geduldig en vriendelijk. Zijn instinct tot beschermen is hierbij bijzonder sterk ontwikkeld. Maar u moet er natuurlijk wel op letten dat kinderen de hond nooit plagen of erger nog treiteren. Dan kan het gebeuren dat zelfs de goedmoedigste Berner bijt en voor de rest van zijn leven niets meer van kinderen wil weten.
De meeste Berners gaan ook zeer goed om met rasgenoten. Op tentoonstellingen ziet men dan ook zelden dat twee concurrenten agressief in elkaars richting blaffen. Er wordt ook vaak beweerd dat een groep vreemde Berners zeer goed los van de lijn met elkaar kan wandelen en spelen. Ondanks alle vooroordelen is de Berner een hond waarmee u goed verschillende takken van hondensport kunt beoefenen. U moet er dan wel op letten dat u hiermee begint als de hond volgroeid is.
Nog even iets over de jacht. "Sennenhonden jagen niet!" Maar zoals bij veel, uitzonderingen bevestigen de regel. De meeste Sennenhonden hebben geen ambities voor de jacht. Echter er zijn er enkele die zeer goed als jachthond gebruikt zouden kunnen worden. Let dus goed op uw jonge hond en probeer eventuele jachtdrift zo vroeg mogelijk te onderdrukken. Dit zal helaas niet in alle gevallen lukken. In dat geval moet u er natuurlijk voor zorgen bij een boswandeling in wildrijk gebied, dat u uw hond aan de lijn houdt.
Meer dan middelgrote, krachtige, beweeglijke gebruikshond, harmonisch en fraai gelijkmatig gebouwd, met stevige, rechte ledematen.
Hoofd:
Krachtig, met vlakke schedel en weinig ontwikkelde voorhoofdsgroef, goed geprononceerde, niet te sterke stop. Krachtige rechte voorsnuit, oren middelgroot, hoog aangezet, driehoekig, in rust vlak aanliggend, ogen donkerbruin, amandelvormig, aansluitende oogleden, lippen niet overontwikkeld.
Gebit:
Volledig schaargebit.
Hals:
Krachtig, gespierd en middelmatig.
Lichaam:
Eerder gedrongen dan lang. Verhouding tussen schofthoogte en lichaamslengte ca. 9:10. Tot minstens op ellebooghoogte reikende borst met duidelijke voorborst, krachtige lendenen, ribbekast van rond-ovale doorsnee. Rug, vast en licht afgeronde, korte croupe.
Voorhand:
Schouderbladen lang, krachtig en schuingeplaatst, met de bovenarm een stompe hoek vormend, vlak aanliggend en goed gespierd. Stand van alle kanten bezien, recht. Polsen nauwelijks doorzakkend. Evenwijdige stand.
Achterhand:
Achterbenen breed, krachtig en goed bespierd. Dijbeen tamelijk lang en van opzij bezien schuin ten opzichte van het onderbeen staand. Spronggewricht goed gehoekt, breed en krachtig. Stand recht, noch naar binnen noch naar buiten uitdraaiend. Wolfsklauwen (Hubertusklauwen) moeten in de eerste levensdagen verwijderd worden.
Voeten:
Kort, rond en gesloten.
Staart:
Zwaar behaard, tot op het spronggewricht reikend, echter niet tot op de grond, licht zwevend gedragen.
Beweging:
Stuwend gangwerk vóór en een goede aansluiting van de achterbenen, ruime gelijkmatige bewegingsontwikkeling in alle gangen.
Vacht:
Lang, glad of licht gegolfd.
Kleur:
Diepzwarte grondkleur met donkere, bruin-rode brand aan de wangen, boven de ogen, aan alle vier de benen en aan de borst. Witte, lichte tot middelgrote symetrische aftekening aan het hoofd (bles) en witte borstaftekening (kruis). Zeer graag gezien, maar geen voorwaarde: witte voeten, ten hoogste tot aan de polsen reikend en witte staartpunt. Een kleine witte nekvlek en een witte achtervlek zijn ongewenst; worden echter wel getolereerd.
Grootte:
Reuen: 64 - 70 cm. Ideale schofthoogte 66 - 68 cm.
Teven: 58 - 66 cm. Ideale schofthoogte 60 - 63 cm.
Gezondheid van de Berner Sennenhond
De waterpokken
Verzorging van de Berner Sennenhond
Dit ras heeft een dikke mooi gekleurde vacht. Deze vacht vraagt wel wat verzorging. Minimaal 1x per week moet de hond gekamd worden. Begin hier direct mee als je de pup in huis hebt gehaald. Maak er een leuke bezigheid van, zodat de hond het kammen als een plezierige bezigheid zal zien.
Zoals bij iedere hond moeten ook de oren van de Berner Sennenhond regelmatig schoon worden gemaakt. Hiervoor zijn speciale druppels te kooop in de dierenspeciaalzaak. Verder kan oorsmeer gemakkelijk verwijderd worden door een 'babydoekje' (deze worden bij baby's gebruikt voor de billetjes).
De poten moeten soms bijgeknipt worden. Dit is noodzakelijk als de kussentjes van de poot de grond niet meer raken, maar de haren eerst de grond raken. Dit kan je gemakkelijk zelf weg knippen.
Om tandbederf wat tegen te gaan, kan gekozen worden voor het poetsen van de tanden (vraag info bij de dierenarts) en anders met de zogenaamde tandenpoetsbotten verkrijgbaar in de supermarkt.
Houdt dagelijks de ogen van de hond schoon door er een doekje over te halen.
Opvoeding van de Berner Sennenhond
Op het moment dat je de pup in huis hebt gehaald is het erg belangrijk dat je hem aan alles laat wennen. Neem je hondje vooral overal mee naar toe! Laat hem kennismaken met dingen zoals een lift, drukke ruimtes, winkelstraten, alle soorten dieren, kleine kinderen, druk verkeer, etc. etc.
De hond leert van positieve en negatieve ervaringen. Maak alles positief voor de hond. Geef hem een brokje bij de kennismaking met de kat, etc. Eenmaal een negatieve ervaring is lastig om weer recht te breien. Dit geldt overigens ook voor de bezoekjes aan de dierenarts of zijn verblijf in zijn bench. Maak het positief!!
Verder wordt een goede opvoeding vaak begeleidt door de mensen van de puppytraning. Hier leert de hond hoe zich te gedragen en de baas hoe ze het beste met hun hondje kunnen omgaan.
Iedere hond heeft een baas nodig die hem consequent laat weten wat wel en niet van de hond verwacht wordt.
Rasvereniging van de Berner Sennenhond
www.bernersennen.nl
Overige informatie over de Berner Sennenhond
www.mac-ghandor-easy-living.jouwweb.nl
www.bernersennen.nl
Berner Sennenhond pup aanschaffen
Gezondheid, goede foklijn. Info bij rasvereniging verkrijgbaar.
een bernersennen hond is erg geliefd. een raspup kost tussen de 600-1100 euro meestal.