Rasbeschrijving van de Samojeed DogComputer
BESTE LEDEN LOG IN A.U.B.


Word lid van het forum, het is snel en gemakkelijk

Rasbeschrijving van de Samojeed DogComputer
BESTE LEDEN LOG IN A.U.B.

Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.

    Rasbeschrijving van de Samojeed

    Admin
    Admin
    Admin
    Admin


    Aantal berichten : 94
    Punten : 277
    Registratiedatum : 15-04-11
    Leeftijd : 42
    Woonplaats : Amsterdam

    Rasbeschrijving van de Samojeed Empty Rasbeschrijving van de Samojeed

    Bericht  Admin ma 18 apr 2011, 03:14

    Rasgroep van de Samojeed
    De Samojeed behoort tot de Rasgroep "Keesachtigen en Poolhonden"


    Geschiedenis van de Samojeed

    Hond van het nomadische samojedenvolk (de tegenwoordige nenets) in Noord-Siberië. Werd voornamelijk gebruikt als rendierhoeder, daarnaast als gezinshond (hield de kinderen 's nachts warm),jachthond en in mindere mate als sledehond. (De sledes van het volk waren groot, om de volledige huisraad en tenten op mee te kunnen nemen, deze grote sledes werden getrokken door de rendieren.)


    Karakter van de Samojeed

    De Samojeed is een hond van tegenstellingen,Hij is vriendelijk en vrolijk,intelligent en redelijk gehoorzaam,maar nooit slaafs en soms zelfs uitgesproken koppig,gevoelig en zachtaardig,aanhankelijk,maar niet opdringerig.De Samojeed zwerft graag,heeft een groot uithoudingsvermogen en blijft tot op hoge leeftijd speels.Ze laten graag hun stem horen en kunnen dus wat luidruchtig zijn.
    Dominantie en waaksheid kunnen sporadisch voorkomen, maar is beslist niet rastypisch.


    Rasstandaard van de Samojeed

    Rasstandaard van de Samojeed (Samoiedskaïa Sabaka)
    FCI-standaard Nummer 212, 09-01-1999

    Oorsprong:
    Noord Rusland en Siberië.

    Recht op standaardwijzigingen:
    Nordic Kennel Union (NKU)

    Datum van publicatie van de origineel geldige standaard:
    22-07-1997

    Gebruik:
    Slede- en gezelschapshond

    Classificatie F.C.I.:
    Groep 5 Spitzen en Oertypen

    Sectie 1:
    Noordelijke sledehonden
    Zonder werkproef.


    KORT HISTORISCH OVERZICHT:

    De naam Samojeed is afkomstig van de Samojeden volkeren in Noord Rusland en Siberië. In zuidelijke gedeelten van het gebied gebruikten ze witte, zwart en bruin bonte honden als sledehond; in de noordelijke gedeelten waren veel honden wit van kleur en werden vooral gebruikt voor het hoeden van rendieren. De Samojeden honden leefden dicht bij hun eigenaren, ze sliepen zelfs in de onderkomens en werden gebruikt als verwarmers. De Britse ingenieur Ernest Kilburn Scott verbleef in 1889 drie maanden bij Samojeden stammen. Hij nam een bruin mannelijk pupje, genoemd "Sabarka" mee terug naar Engeland. Later importeerde hij een crême gekleurde teef genaamd "Whitey Petchora" van de westkant van de Oeral en een sneeuwwitte reu genaamd "Musti" van Siberië. Deze paar honden en die welke door de ontdekkingsreizigers werden meegenomen, vormen de basis voor de westerse Samojeed. De eerste standaard werd in 1909 in Engeland geschreven.


    Algemeen beeld:

    Een elegante, witte poolhond van gemiddelde afmetingen, die in zijn verschijning de indruk van kracht, uithoudingsvermogen, charme, lenigheid, waardigheid en zelfvertrouwen uitstraalt. De uitdrukking, de zogenaamde Samojedenglimlach, wordt gevormd door een combinatie van de oogvorm en oogplaatsing, en de licht omhoog gebogen mondhoeken. Het geslacht moet duidelijk herkenbaar zijn.


    Belangrijke verhoudingen:

    De lichaamslengte is ongeveer 5% langer dan de schofthoogte. De diepte van de borstkas is iets minder dan de helft van de schofthoogte. De snuit is ongeveer even lang als de schedel.


    Gedrag en temperament:

    Vriendelijk, open, oplettend en levendig. Het jachtinstinct is erg gering aangwezig. ontwikkeld. Nooit schuw, noch agressief. Heel sociaal, kan niet als waakhond gebruikt worden.


    BOUW:

    Hoofd:
    Krachtig en wigvormig.

    Schedel:
    De schedel is zowel van voren als van opzij gezien enigszins gewelfd. Het breedst tussen de oren. Licht zichtbare groef tussen de ogen.

    Stop:
    De stop is duidelijk afgetekend/gemarkeerd maar niet te overdreven.

    Neus:
    goed ontwikkeld, bij voorkeur zwart. Gedurende bepaalde delen van het jaar kan het pigment van de neus verbleken tot de zogenaamde "winterneus"; aan de randen van de neus dient echter altijd donker pigment te zijn.

    Snuit:
    krachtig en diep, van ongeveer dezelfde lengte als de schedel, geleidelijk taps toelopend naar de neus, maar niet te spits noch zwaar en vierkant. Rechte neusrug.
    Lippen: strak gesloten, zwart en tamelijk "vlezig". De mondhoeken buigen licht omhoog en vormen zo de karakteristieke "Samojedenlach".
    Kaken/tanden: regelmatig en volledig schaargebit. Sterke tanden en kaken. Normaal gebit .

    Ogen:
    donkerbruin van kleur, goed in de kassen passend, enigzins uiteengeplaatst, iets schuin en amandelvormig. De uitdrukking is "glimlachend", vriendelijk, attent/oplettend en intelligent. De oogranden zijn zwart.

    Oren:
    rechtopstaande, tamelijk kleine, dikke driehoekige oren die aan de punten licht afgerond zijn.Ze moeten beweeglijk zijn, hoog aangezet en door de brede schedel goed uit elkaar.

    Hals:
    krachtig, middelmatig lang en trots gedragen.

    Lichaam:
    Het lichaam moet iets langer zijn dan de schofthoogte, diep en compact maar lenig.

    Schoft:
    duidelijk afgetekend/gemarkeerd..

    Rug:
    middelmatig lang, gespierd en recht. Teven mogen iets langer van rug zijn dan reuen.

    Lendenen:
    kort, zeer sterk en welgevormd/ goed gevormd..

    Bekken:
    gevuld, sterk, gespierd en enigszins aflopend.

    Borstkas:
    breed, diep en lang, bijna tot aan de ellebogen. De ribben zijn goed gewelfd.

    Buiklijn:
    matig opgetrokken.

    Staart:
    tamelijk hoog aangezet. Als de hond attent en in beweging is wordt de staart naar voren gebogen over de rug of zijkant gedragen, maar mag in rust omlaag hangen en reikt dan tot het spronggewricht.

    Ledematen:

    Voorhand:

    Algemeen beeld:
    goed geplaatst en gespierd met stevige botten. Van voren gezien recht en evenwijdig.

    Schouder:
    lang, vastaanliggend en schuingeplaatst.

    Opperarm:
    schuin en dicht tegen het lichaam. Ongeveer even lang als de schouder.

    Elleboog:
    dicht tegen het lichaam.

    Pols:
    sterk maar soepel.

    Middenhand:
    enigszins schuin.

    Voeten:
    ovaal met lange tenen, veerkrachtig en recht vooruit wijzend. De tenen zijn gebogen en niet al te vast aangesloten. Veerkrachtige voetkussens.

    Achterhand:

    Algemeen beeld:
    van achteren gezien recht en evenwijdig. met zeer sterke spieren.

    Dijbeen:
    van gemiddelde lengte, tamelijk breed en gespierd.

    Knie:
    goed gehoekt.

    Hakken:
    nogal laag en goed gehoekt.

    Sprong:
    kort, sterk, en recht en evenwijdig.

    Voeten:
    zoals de voorvoeten. Hubertusklauwen moeten verwijderd zijn.

    Gangwerk:
    In verschijning Krachtig, vrij en onvermoeibaar met lange passen. Goed uitgrijpend in de voorhand en met goede stuwkracht in de achterhand.

    Vacht:

    Haar:
    een overvloedige, dikke, veerkrachtige en dicht ingeplante poolvacht. De Samojeed is een hond met een dubbele vacht, met een korte, zachte dicht ingeplante ondervacht, waar doorheen langer, uitstaand, hard en stug haar groeit dat zo de bovenvacht vormt. De vacht moet een kraag rond hals en schouders vormen die het hoofd omlijst, vooral bij de reuen. Op het hoofd en op de voorkant van de benen is het haar kort en glad. Op de buitenkant van de oren kort, afstaand en glad. De binnenkant van de oren moet goed behaard zijn. Aan de achterzijde van de dijbenen vormt het haar een "broek". Tussen de tenen moet beharing zijn, dit dient ter bescherming. De staart moet overvloedig bedekt zijn met haar. . De vacht van de teef is vaak korter en zachter van structuur dan de vacht van de reu. De juiste vacht vertoont altijd een speciale glinstering.

    Kleur:
    zuiver wit, crème of wit met biscuit. (De basiskleur is wit met een paar biscuitkleurige aftekeningen.) De vacht mag nooit de indruk geven lichtbruin te zijn.

    Hoogte:
    De ideale schofthoogte voor reuen is 57 cm en voor teven 53 cm, met een speling van 3 cm naar boven zowel als naar beneden.

    Fouten:
    Iedere afwijking van de voorgaande punten moet worden beschouwd als een fout. De ernst van de fout moet beoordeeld worden in de juiste verhouding tot de mate waarin hij voorkomt.

    Een zichtbare fouten in de bouw
    Een licht beendergestel
    Reuen die niet mannelijk en teven die niet vrouwelijk zijn
    Een tanggebit
    Gele ogen
    Slappe oren
    Een tonvormige ribbenkast
    Een dubbel gekrulde staart
    Laag op de benen
    Ernstig o-benig of koehakkig
    Een golvende of geheel kortharige vacht, , lange, zachte omlaag hangende vacht..
    Gereserveerd karakter


    Ernstige fouten:

    Duidelijk zichtbare ongepigmenteerde delen op de oogranden of de lippen.


    Uitsluitende fouten:

    Blauwe ogen of ogen van verschillende kleur
    Boven- of ondervoorbijten
    Geen staande oren.
    Een andere vachtkleur dan in de standaard is toegestaan
    Schuw of agressief karakter
    N.B.: Reuen moeten duidelijk twee normale zaadballen hebben, die volledig in de balzak zijn ingedaald.


    Gezondheid van de Samojeed

    De Samojeed kan HD, oogproblemen (incl goniodysplasie en RD/OSD) en problemen met narcosemiddelen hebben.

    De kans dat deze aandoening bij een hond uit geteste ouders voorkomt is veel kleiner dan uit niet geteste ouders.
    Vraag dus aan de fokker naar de testresultaten van de ouders, een goede fokker laat deze graag zien en heeft kopieën van de resultaten van de vader of kan deze via een site laten zien.

    De oogtesten worden door een specialist uitgevoerd.
    Voor RD/OSD en PRA is een DNA test beschikbaar.
    De uitslag daarbij kan VRIJ, DRAGER of LIJDER zijn.

    De uitslag bij de oogtest (ECVO) moet VRIJ zijn en elk jaar herhaald worden.
    Verzorging van de Samojeed

    Het dekhaar is ruw en uitstaand,terwijl de ondervacht kort en dicht is. De vacht is wit of roomkleurig of wit met biscuit.

    De samojeed heeft een regelmatige vachtverzorging nodig, hij moet zeker twee keer per week helemaal gekamd worden. Houdt er tijdens de periode van verharing rekening mee dat je huis onder de haren komt. De samojeed mag nooit geschoren of geknipt worden, dan ontstaat er een enorm lange, dichte probleemvacht. Ook na castreren en steriliseren krijgt de hond een vacht waar bijna niet meer door te komen is. Castratie of sterilisatie wordt dan ook, indien niet medisch noodzakelijk, afgeraden.


    Opvoeding van de Samojeed

    De opvoeding van een Samojeed is geen gemakkelijke opgave en moet al op zeer jonge leeftijd beginnen.Wissel de oefeningen zo veel mogelijk aaf.Steeds weer hetzelfde commando heeft op de Samojeed een averechts effect,dan neemt zijn koppige aarde de overhand.Leer hem op jonge leeftijd dat hij op bevel naar u toe moet komen en laat hem zo veel mogelijk positieve ervaringen op doen met katten en ander huisdieren.U mag uw gezag laten blijken,maar altijd met vriendelijke hand-met schreeuwen en slaan dwingt u de hond geen respect af.


    Rasvereniging van de Samojeed

    Nederlandse Samojeden Club
    Voor inlichtingen zie website:
    www.samojedenclub.nl/

    Belgische Samojeden Vereniging
    Voor inlichtingen zie website:
    www.samojeden.be


    Overige informatie over de Samojeed

    Hoewel er officieel maar 1 samojeed is, zijn er wel degelijk verschillende types. Meest voorkomend is het zgn. showtype. In Nederland, Scandinavië en Amerika zijn enkele fokkers die het zgn. werktype fokken. Het showtype is forser en vierkanter en heeft een langere vacht dan het werktype. Het werktype heeft grotere oren en een langere snuit. Er wordt ook wel eens gezegd dat het showtype de beertjes zijn en het werktype de wolven. Voor u een samojeed aanschaft, kijk dan goed welk type uw voorkeur heeft en zoek vervolgens een fokker die het type fokt wat u zoekt. Behalve het uiterlijk heeft het werktype over het algemeen meer beweging nodig en het showtype meer vachtverzorging.

    De Samojeed heeft over het algemeen veel beweging nodig.Maak daarom flinke wandelingen met hem of laat hem,wanneer hij voldoende is uitgegroeid,geregeld maast de fiets lopen om hem in goede conditie te houden. Een goede training is ook om de hond in het tuig voor een speciaal aangepaste step te laten lopen. Aangezien sommige samojeden van nature nogal zwerverig is aangelegd,doet u er goed aan uw tuin te omheinen.
    Ten onrechte wordt er (zelfs op sommige hondenscholen) nog steeds gezegd dat je samojeden niets leren kan. Dit is beslist niet waar, er zijn veel samojeden die uitstekend presteren bij gehoorzaamheid of agility.


    Samojeed pup aanschaffen

    Een pup kost momenteel tussen de 850 en 1200 euro.

    Zoals bij de aankoop van alle rashonden, koop nooit zomaar een pup bij een dierenwinkel of bij een fokker die heel veel rassen verkoopt. Deze honden zijn niet gefokt volgens de regels van de club, de ouderdieren zijn niet gecontroleerd op heup- en oogziektes en de pupjes zijn niet gesocialiseerd. Koop alleen een pup bij fokkers aangesloten bij de rasvereniging.

    Rasbeschrijving van de Samojeed Samojeed1_120x120Rasbeschrijving van de Samojeed Samojeed2_120x120Rasbeschrijving van de Samojeed Samojeed4_120x90Rasbeschrijving van de Samojeed Samojeed_120x120

      Het is nu do 16 mei 2024, 22:08